In de opinieronde spraken we over een discussienota over de hondenbelasting. De vraag ligt voor of de hondenbelasting moet worden afgeschaft.

Een aantal fracties pleit hiervoor omdat de hondenbelasting ‘rechtsongelijkheid’ zou veroorzaken; immers, hondenbezitters betalen een bedrag dat geen verband heeft met de kosten die de hond veroorzaakt. De opbrengst van de hondenbelasting verdwijnt in de ‘algemene middelen’ van de gemeente. Voorgesteld wordt de hondenbelasting af te schaffen, en de wegvallende opbrengst te compenseren door verhoging van de onroerende zaak belasting (OZB).

De ChristenUnie is hier geen voorstander van. Wat je hiermee bereikt is een verschuiving van de lasten van de hondenbezitters naar de huizenbezitters. Maar wat voor ons belangrijker is: Er wordt gewerkt aan een nieuw belastingstelsel voor gemeenten, dat binnen enkele jaren ingevoerd zal worden. Dit is het moment om ook kritisch te kijken naar de hondenbelasting.

Wij pleiten ervoor om de hondenbelasting ook dan in stand te houden, maar dan als ‘doelbelasting’. De gemeente maakt wel degelijk kosten m.b.t. de honden in ons dorp. Zo is er het hondenpoepbeleid, waarvoor bijvoorbeeld de dispensers met poepzakjes zijn geplaatst, net als prullenbakken waarin de zakjes kunnen worden gedeponeerd. Wij stellen voor de kosten die de gemeente maakt m.b.t. honden goed in kaart te brengen, en op grond hiervan een bedrag aan hondenbelasting te blijven heffen.