Algemene beschouwingen ChristenUnie d.d. 15 september 2011

donderdag 29 september 2011 22:04

 1.      Inleiding

Mw. de voorzitter,

Eerste een paar algemene opmerkingen over de gepresenteerde kadernota en vervolgens nadrukkelijk een punt van kritiek. De kadernota is in onze ogen een duidelijk en helder geschreven stuk. In de commissievergadering heb ik dat al aangegeven. Ik ga hier zeker niet alles herhalen wat ik in de commissie heb gezegd. Maar wel de complimenten aan het college en uiteraard aan de ambtelijke staf.

Het college heeft in deze kadernota een ambitieus programma neergelegd. Een programma dat alleen is te realiseren door op andere programmaonderdelen te bezuinigen en door de reserves aan te spreken. Gezien de samenstelling van het college constateert de ChristenUnie dat dit college een duidelijk christelijke signatuur heeft. De ChristenUnie rekent er dan ook op dat vanuit christelijke basisbegrippen als rentmeesterschap, eerlijkheid, gerechtigheid en barmhartigheid wordt gehandeld. Dat betekent o.a. dat de zwakken in de samenleving worden ontzien; de overheid behoort een schild voor de zwakken te zijn. Daar waar de rijksoverheid reeds allerlei bezuinigingen voor deze categorieën in petto heeft moeten wij als gemeente daar niet nog eens een schepje bovenop doen. Ik wil hier Jakobus 2:8 citeren, en in dit geval uit de Statenvertaling: “Indien gij dan de koninklijke wet volbrengt, naar de Schrift: gij zult uw naaste liefhebben als uzelven, zo doet gij wel”. De fractie van de ChristenUnie hoopt, ja rekent erop dat dit uitgangspunt van de ChristenUnie ook het uitgangspunt van het college is.

 

Mw. de voorzitter, na deze inleidende woorden kom ik op een nadrukkelijk punt van kritiek.

In januari, bij de bespreking van het coalitieakkoord hebben wij het nodige gezegd over de toonzetting van dat akkoord. U herinnert zich dat ongetwijfeld. Gelukkig is die toonzetting in dit document vrijwel verdwenen. Ik zeg vrijwel, want er staat een paar maal een zinsnede in die ons buitengewoon stoort. Er staat namelijk op pagina 6: “De gemeente verbetert haar dienstverlening en wordt een betrouwbare, zakelijke en professionele partij …”. Iets dergelijks staat ook op de volgende pagina: “De gemeente wordt een betrouwbare partner etc.” Het woordje wordt geeft aan dat de gemeente nu en  in de achter ons liggende periode geen betrouwbare partner was. Daarmee schoffeert u wel de voorzitter van uw college en het ambtenarencorps van onze gemeente. Mw. de voorzitter, de fractie van de ChristenUnie vindt dit een kwalijke formulering, had dit zeker niet verwacht en distantieert zich van deze formulering.

 Dan kom ik op de enquête die onder de Scherpenzeelse burgers is gehouden. Wat doet het college daarmee? “Niets” was het antwoord van de wethouder! Het college heeft een scenario vastgesteld, daarna een enquête uitgezet en doet er niets mee. Dat is toch op z’n zachtst gezegd merkwaardig. En dan spreekt u over richtinggevende uitspraken van de burgers. De verantwoordelijkheid wordt bij de Raad gelegd, terwijl de Raad niet mee kon denken over de vragen die gesteld werden. Die moesten zogenaamd bij de scenario’s van het college passen. U schrijft zelfs in de kadernota dat de stellingen sterk gerelateerd waren aan die scenario’s (pagina 8 van de kadernota). Wij vonden daar in ieder geval een paar uiterst merkwaardige vragen bij. Hoe kun je een burger laten kiezen tussen bezuinigen op de sociale minima en het openbaar groen? En een vraag betreffende meer OZB betalen ten faveure van het parkeren? Onzin vraag!! Dat zou de Raad nooit zo bedacht hebben. Mogelijk moet u bij zo’n enquête eens aan inbreng van de Raad denken. Dat zijn de gekozen vertegenwoordigers en niet het College.

 

2.      Kadernota en meerjarenperspectief

Mw. de voorzitter,

Het gepresenteerde meerjarenperspectief sluit met een positief resultaat. Prima is dan onze eerste reactie. Maar verder lezend zit er wel een addertje onder het gras. Op pagina 14 van de kadernota lezen we dat er een forse greep in de reserves wordt gedaan: in totaal € 400.000! En voor het jaar 2012, het eerstkomende begrotingsjaar is het resultaat dan nog steeds negatief. En waardoor komt dat? Vooral uit de nieuwe beleidsvoornemens, de wensen die voortkomen uit het coalitieakkoord. En dan te bedenken dat in de begroting rekening is gehouden met een inflatie van 1,5%, terwijl op dit moment de inflatie meer dan 2,5% bedraagt (juli en augustus: 2,6%). Het zal dus verdraaid lastig worden om prijsstijgingen te compenseren door scherpe contracten af te sluiten, want dat beleid wordt reeds een aantal jaren gevoerd (zie pagina 18 van de kadernota). Misschien is het verstandig om een aantal ambities van dit college neerwaarts bij te stellen of enkele wensen door te schuiven.

 Dan nog een opmerking over het raadsvoorstel en de kadernota. U schrijft dat er geen lastenverhogingen voor de burgers plaatsvinden. Wat blijkt echter uit pagina 82/83: er is wel een lastenverhoging voor de burgers, namelijk ruwweg € 20 per adres. Uw bewering in het raadsvoorstel is dus onjuist!

 

3.      De nieuwe beleidsvoornemens

Mw. de voorzitter,

Langs de programma’s lopend komen wij een aantal nieuwe beleidsvoornemens tegen. Op een aantal wil ik hier ingaan.

Hondenpoepbeleid. Gerefereerd wordt aan de uitslag van de enquête. Bij mijn weten stond daarin geen vraag over hondenpoep. Zeker niet de vraag of ieder adres in Scherpenzeel € 10 wil betalen voor hondenpoepbeleid. Bij dit onderdeel hebben wij een aantal vragen:

  1. In hoeverre is de noodzaak voor hondenpoepbeleid aangetoond?
  2. Wie zou er voor dat beleid moeten betalen, denkend aan het adagium “de vervuiler betaalt”: de hondenbezitter of de Scherpenzeelse burger?
  3. Is het terecht om de investering uit de Reserve afvalstoffenheffing te betalen?
  4. Behoort een dergelijke investering niet geactiveerd te worden?
  5. Betekent het dat bij het nieuwe hondenpoepbeleid de toch al beperkte stukjes openbaar groen worden opgeofferd voor hondenuitlaatplaatsen?
  6. Krijgt onze BOA straks ook een pet op van Animal Cop om er op toe te zien dat de honden worden uitgelaten op de hondenuitlaatplaatsen en dat er gebruik gemaakt wordt van de zakjesautomaten? 

Mw. de voorzitter, ik stel hier deze vragen omdat wij van mening zijn dat (1) de noodzaak voor hondenpoepbeleid onvoldoende is aangetoond; (2) indien de noodzaak wel is aangetoond de vervuiler, in dit geval de hondenbezitter zou moeten betalen; (3) de investering zeker niet uit de reserve afvalstoffenheffing zou moeten komen, en (4) wanneer je een dergelijke investering doet je die zou moeten activeren[1].

 Groenonderhoud. Bij het groenonderhoud wil het college verder bezuinigen: € 30.000 per jaar, gedeeltelijk via het wegstrepen van de onderuitputting. Dat is gemakkelijk bezuinigen! Tegelijkertijd wilt het college in 2012 € 50.000 investeren in onderhoudsarm groen. Mw. de voorzitter, voor Scherpenzeelse begrippen een fors bedrag. En dat terwijl de laatste jaren al heel wat is geïnvesteerd in ons groen en ook in het onderhoudsarm maken daarvan: circa € .175.000 in 2007 en daarna jaarlijks € 37.000. Er wordt ook geen enkele onderbouwing gegeven van dat bedrag; naar onze mening is het een slag in de lucht, of zoals ik het in de commissievergadering noemde: een “natte vinger” berekening. De wethouder kon toen ook geen nadere onderbouwing geven. Hij verwees naar het voorstel wat te zijner tijd wordt gepresenteerd. Mw. de voorzitter, hoe kan de raad nu zo’n bedrag ter beschikking stellen terwijl daar geen onderbouwing voor is? Wij stellen voor dat het college eerst met een plan komt en dat dan de raad beslist over zo’n investering. Een investering die naar onze mening ook geactiveerd behoort te worden en niet uit de algemene reserve behoort te worden bekostigd.[2]

 Het GVVP. De Raad kent nog niet eens het GVVP. En nu komt u al met een voorstel om € 40.000 vast te leggen voor vervolgonderzoeken. Eén daarvan is een parkeerbeleidsplan. De fractie van de ChristenUnie beseft heel goed dat het parkeren in sommige wijken een probleem is geworden. Twee auto’s per adres komt heel veel voor en soms ook al drie of vier. Waar vind je de ruimte om te parkeren? Vaak zal dat ten koste gaan van het openbaar groen. En als we nu al moeite hebben om parkeerplaatsen te vinden. Hoe moet dat dan met de hondenuitlaatplaatsen? Terugkomend op de vervolgonderzoeken GVVP: de fractie van de ChristenUnie gaat akkoord mits, zoals het college schrijft, de financiële consequenties separaat ter besluitvorming zullen worden voorgelegd. De fractie beschouwd de genoemde € 40.000 dan als een reservering voor deze plannen.

 Het muziekonderwijs. Schrappen van muziekonderwijs is geen sociale actie. Zeker niet als wordt bedacht hoeveel geld de gemeente steekt in sport en sportvoorzieningen en hoe weinig in culturele activiteiten. Ook t.o.v. de muziekvereniging Caecilia is dit geen sociale actie. Immers, veel van de toekomstige muzikanten worden opgeleid via het gesubsidieerde muziekonderwijs. De ChristenUnie wil twee mogelijkheden noemen waarmee u toch tegemoet kunt komen aan de bestaande behoefte. Ten eerste: u zou ook iets kunnen bedenken betreffende een subsidie in afhankelijkheid van het inkomen. Ten tweede: een andere mogelijkheid is misschien om het muziekonderwijs te integreren in het JOS. Dan behoeft u niet op allebei te bezuinigen en blijft muziekonderwijs voor iedere jonge inwoner van Scherpenzeel mogelijk, ook al hebben de ouders een minimum inkomen.[3]

 Het JOS. Zojuist heb ik één aspect genoemd die mogelijk geïntegreerd kan worden in het JOS. Verder moet het college zich ook realiseren dat met de instelling van het JOS, daarin een serie andere door de gemeente voor de jeugd bestemde activiteiten is geïntegreerd.

 Verstrekkingenbeleid Wmo-hulpmiddelen. Het College geeft aan € 40.000 te willen bezuinigen op het verstrekkingenbeleid Wmo-hulpmiddelen. Dit bedrag is door het College niet onderbouwd, behalve door efficiënter aan te besteden. De wethouder gaf in de commissievergadering aan dat er naast scherper aanbesteden ook op een andere manier bezuinigd kan worden. Moeten wij daaruit opmaken dat de afdeling Sociale zaken c.q. Vraagwijzer zijn werk niet goed doet? Dat ze te royaal zijn met verstrekkingen? Bij mijn weten houden ze zich aan de regels en verordeningen die door ons zijn gesteld. De ChristenUnie heeft grote moeite met een dergelijk voorstel. Scherper aanbesteden is akkoord, maar verder?

Dependence voortgezet onderwijs. Dit haalbaarheidsonderzoek is naar onze mening volslagen overbodig. Wij hebben jarenlang een MAVO gehad in Scherpenzeel. Deze is lang geleden al gesloten. En dan nu een onderzoek van € 10.000? Welke kleur moet die school dan hebben? PCO of reformatorisch of openbaar? En voor welk niveau? Brugklassen VMBO-MAVO of HAVO-VWO? Naar onze mening is een dergelijk onderzoek weggegooid geld en leidt het tot oneigenlijk gebruik van belastinggelden.[4]

 

4.      De scenario’s

Mw. de voorzitter,

Het college heeft ons vier scenario’s voorgeschoteld, die alle vier in de titel het woord scherp dragen. Alle vier bevatten ze drie vaste onderdelen. Met de noodzakelijke beleidsvoornemens kan de fractie akkoord gaan, rekening houdend met de opmerkingen die de fractie maakte over de bijdrage aan De Breehoek, zoals reeds bij agendapunt 7 besproken.

Bij de robuuste beleidsvoornemens kunnen wat ons betreft het onderzoek dependance VO en de omvorming van het groen worden geschrapt.

Bij de bezuinigingen fundament hebben wij aarzelingen bij het leerlingenvervoer, en vragen we ons in ieder geval af in hoeverre dit structureel is.

 Dan kom ik op de vier scenario’s. de ChristenUnie pleit voor een scenario Scherp, Sociaal en Fris. En naar onze mening is dat mogelijk. Dat zou kunnen door het Scenario Scherp en Fris aan te passen op een aantal onderdelen. Bij de beleidsvoornemens kan het hondenpoepbeleid vervallen. Verder kan de uitbreiding van de communicatie wel wat minder (zie de enquête): in plaats van 0,4 fte lijkt ons 0,2 fte voldoende (in programma 9 staat overigens 12 uur genoemd; dat is 0,3 fte). Aan de kant van de bezuinigingen kunt u de bezuiniging op het verstrekkingenbeleid Wmo halveren en de bezuinigingen op het muziekonderwijs en op het JOS achterwege laten.

 

5.      Ontwikkeling lastendruk

De tarieven voor de afvalstoffenheffing zijn vorig jaar neerwaarts bijgesteld. Bovendien was het saldo van de reserve afvalstoffenheffing € 170.000. Mw. de voorzitter, in 2006 is bij de behandeling van de nota “Reserves en voorzieningen” afgesproken dat een saldo van € 45.000 voldoende is. Het meerdere kan aan de burgers worden teruggegeven. Ik herinner me dat met name de SGP- en de DS/PvdA-fracties gepleit hebben voor een onmiddellijke teruggave (amendement Joh. Mulder). De andere fracties wilden dit geleidelijk doen, zo bleek bij de Kadernota 2007. Waarom vindt er nu geen teruggave aan de burger plaats? Dat is immers afgesproken! Het lijkt me dat het college deze kennis uit het verleden toch moet bezitten. In plaats daarvan vindt er zelfs een verhoging van de lastendruk plaats.

 

Afsluiting

Tenslotte, mw. de voorzitter, hoopt de fractie van de ChristenUnie in de komende periode, met dit college en met de andere fracties in de raad op een positieve en constructieve manier te kunnen samenwerken. Wij wensen raad, college en de ambtelijke diensten bij hun werkzaamheden daarbij Gods onmisbare zegen toe.

 

Namens de fractie van de ChristenUnie:

Tonnis A. van Dijk



[1] Amendement met CDA en DS

[2] Amendement met CDA en DS

[3] Amendement van DS die CU mede ondertekent

[4] Amendement van CU samen met CDA en DS

Labels

« Terug