Breuk in CDA-fractie leidt tot val van College van B&W

woensdag 09 juli 2008 23:14

 Tijdens de raadsvergadering van 26 juni werd door de CDA-fractie een motie ingediend waarin werd verzocht de gemeentelijke herindelingsprocedure (RSW) stop te zetten. Alleen de CDA-fractie bleek voor en alle andere fracties bleken tegen deze motie te zijn. Daarop zegden de CDA-fractieleden Van Es en Van de Glind, tot verbazing en ergernis van de andere twee CDA'ers Koudijs en Rijksen, het vertrouwen in het College van B&W op. Prompt meldden laatstgenoemde twee dat zij wel het vertrouwen in het College behielden. Daarmee was ernstige verdeeldheid in de CDA-fractie ontstaan en bovendien kon het College niet meer op een meerderheid in de Raad rekenen.

 De Raad heeft vervolgens aan de CDA-fractie gevraagd om zich te beraden over hun toekomst als fractie. Het CDA heeft daarop, in overleg met hun bestuur en met inschakeling van bemiddelaars vanuit het landelijke CDA, vastgesteld dat de lijn van fractievoorzitter Koudijs en fractielid Rijksen de juiste lijn was. Het Scherpenzeelse CDA heeft toen de heren Van Es en Van de Glind gevraagd hun raadszetel ter beschikking te stellen. Dit weigerden ze en vervolgens zijn ze uit de fractie verwijderd. Op 8 juli heeft de CDA-fractie in een extra raadsvergadering hiervan mededeling gedaan.

 In die extra raadsvergadering zijn de heren Van Es en Van de Glind scherp bevraagd wat hun motieven zijn. Hoewel de RSW-procedure door hen als reden werd gegeven, bleek dat er meer ‘pijnpunten' waren. De fractie van de ChristenUnie heeft hen vervolgens naar deze punten gevraagd, maar daarop kwam geen duidelijk antwoord. Evenmin gaven ze antwoord op de vraag of ze het coalitieakkoord nog onderschreven. Ook werd hen gevraagd naar het mandaat dat ze van de Scherpenzeelse, met name van de CDA-kiezers nog denken te hebben. Dat dachten ze te hebben, maar onduidelijk bleef waarop dat was gebaseerd.

 In het vervolg van de vergadering werd door de SGP-fractie, met ondersteuning van de DS/PvdA-fractie en de heren Van Es en Van de Glind een motie ingediend. Daarin werd geconstateerd dat het College niet meer op een meerderheid in de Raad kon rekenen en dat er onvoldoende vertrouwen in de Raad aanwezig is voor het College. Het College werd dan ook verzocht daaruit consequenties te trekken. Tegen deze motie stemden de coalitiepartijen (CDA, VVD en ChristenUnie) en vóór de indieners van de motie. Daarmee was het College ‘gevallen'. Vervolgens is afgesproken dat het College alle lopende zaken behartigt totdat er een nieuw College gevormd is.

 De SGP en indirect ook DS/PvdA gaven in het debat aan dat het volgende College eensgezind moet zijn. Daarmee werd met name op de RSW-procedure gedoeld. Dat betekent dat zij CDA en de nieuwe fractie Van Es/Van de Glind uitsloten van deelname aan het volgende College. Op vrijdag 11 juli zal er een eerste verkennend gesprek zijn tussen de fractievoorzitters van de vier partijen DS/PvdA, SGP, VVD en ChristenUnie. Duidelijk is al wel dat voor een meerderheid in de Raad in ieder geval deelname van DS/PvdA aan het College noodzakelijk is. Daarnaast zullen nog twee partijen moeten deelnemen.

 

Tonnis van Dijk Scherpenzeel, 9 juli 2008

Labels

« Terug