College in de fout bij verplaatsing ASC

dinsdag 01 mei 2012 21:03

Zoals bekend is het garagebedrijf ASC vanuit het centrum van Scherpenzeel naar een bedrijfsterrein op de hoek van de Industrielaan en De Dreef verhuisd. Daarmee is een lang gekoesterde wens van bedrijf en gemeente in vervulling gegaan. De ChristenUnie wil ASC van harte feliciteren met deze verplaatsing en de nieuwe zaak.

Wij zijn echter niet zo positief over het handelen van het college van B&W bij deze verplaatsing. Naar onze mening zijn er op drie fronten fouten gemaakt, met name door de verantwoordelijk wethouder Van de Glind. Dit is in de gemeenteraad aan de orde gesteld, maar in alle gevallen werd het handelen van de wethouder goedgepraat door beide coalitiepartijen Gemeentebelangen Scherpenzeel (GBS) en SGP. Blijkbaar is hen er alles aan gelegen om dit college in het zadel te houden.

In het volgende wil ik kort de drie geconstateerde missers benoemen en vervolgens op een ernstige fout nader ingaan.

  1. Het bedrijf ASC heeft tijdig een omgevingsvergunning aangevraagd, maar het college heeft de procedure daarbij onjuist doorlopen. Met name de raad is (veel) te laat geïnformeerd.
  2. De bedoeling van de gemeenteraad is altijd geweest om bedrijven uit het dorpscentrum te verplaatsen naar bedrijventerreinen en vervolgens de vrijgekomen grond te bestemmen voor woningen. Daartoe had het bestemmingsplan moeten worden aangepast. Dit is verzuimd.
  3. De gemeente had ooit beloofd de grond bouwrijp op te leveren. Op 8 juli 2011 bleek dat ASC enorme haast had om zo snel mogelijk met bouwen te beginnen. Wethouder Van de Glind heeft toen aan de toekomstige eigenaar van het pand toestemming gegeven om het grondwerk te laten verrichten voor rekening van de gemeente. Dit is tegen de aanbestedingsregels van de gemeente.

 

Kort wil ik ingaan op het laatste punt. De gemeente behoort bij een aanbesteding boven € 20.000 op z’n minst aan drie ondernemers een offerte te vragen. Dit is niet gebeurd; de wethouder heeft zelfs toestemming gegeven om het werk voor rekening van de gemeente te laten uitvoeren zonder dat hij wist wat het ging kosten. Dit is de betrokken ondernemer noch de betrokken loonwerker niet kwalijk te nemen. Ook volgens de accountant was dit tegen de aanbestedingsregels van de gemeente. Op 6 december heeft het college alsnog deze aanbesteding rechtmatig verklaard. Dit op advies van de betrokken wethouder. Blijkbaar was het duidelijk geworden dat niet volgens de regels was gehandeld. De kosten bleken uiteindelijk bijna € 65.000 te zijn, voorwaar geen gering bedrag.

 

Op 22 december 2011 hebben de oppositiepartijen hier vragen over gesteld. Er bleken toen nog de nodige onduidelijkheden te zijn over hoe het proces was verlopen. Ze vroegen om een extern onderzoek. GBS en SGP wilden dit niet; ze vonden dit niet nodig. De burgemeester heeft toen aangeboden een nader onderzoek uit te voeren. Op voorstel van de ChristenUnie zou ze daarbij geassisteerd worden wat betreft de rechtmatigheid. Schoorvoetend gingen GBS en SGP akkoord.

 

 Op 26 april 2012 werden het feitenrelaas, opgesteld door de burgemeester en de bevindingen van de accountant besproken in de raad. Alle oppositiepartijen constateerden dat onrechtmatig was gehandeld door de wethouder. Ook de accountant gaf aan dat het handelen van de wethouder pas rechtmatig was na de verklaring van het college op 6 december. Merkwaardig genoeg vond GBS dat het college goed had gehandeld. Er was een ondernemer geholpen. Naar onze mening is dat laatste een prima zaak, alleen moet dat wel op een rechtmatige, juiste manier gebeuren. En die mogelijkheid was er geweest, als het college tijdig had beseft dat ze eerder offertes voor het grondwerk had moeten vragen. Dan had het grondwerk tijdig uitgevoerd kunnen worden en was de ondernemer beter geholpen geweest. Nog merkwaardiger was de stelling van de fractievoorzitter van de SGP, de heer Mulder. Die beweerde dat het toestemming geven aan de ondernemer om het grondwerk te laten verrichten op kosten van de gemeente geen aanbesteding was. Dit in tegenstelling tot de accountant. Nee, volgens Mulder was het een onderdeel van de totale transactie, omdat de gemeente het terrein bouwrijp zou opleveren. In het definitieve koopcontract wordt hier echter met geen woord over gerept. Daar wordt gesproken over overdracht in de toestand waarin het terrein zich op dat moment bevindt.

 

Namens de gezamenlijke oppositiepartijen, CDA, VVD, Democraten Scherpenzeel en ChristenUnie diende ondergetekende aan het eind van het debat een motie van afkeuring in. Zoals te verwachten werd de motie verworpen met zes stemmen voor en zeven tegen. Zoals gebruikelijk werd het college kritiekloos gesteund door GBS. De SGP gaf nog wel aan dat fouten waren gemaakt bij de financiële afhandeling van de werkzaamheden, maar steunde toch uiteindelijk het college.

 

 

Tonnis van Dijk

Labels

« Terug